Voorkomen.

Kleine RietgansVia deze website kunt u ook aflezingen melden van Kleine Rietganzen van de op Spitsbergen broedende populatie. Deze populatie overwintert voor een groot deel in Nederland en België. De eerste vogels verschijnen reeds in de loop van september in Nederland. De toptijd is van half oktober tot en met begin november. Daarna vertrekken vele tienduizenden vogels richting de Oostkustpolders van België. Enkele duizenden vogels blijven meestal in Nederland overwinteren. Het totaal aantal ‘echte’ overwinteraars verschilt echter van jaar tot jaar. Normaal gesproken verlaten de grote aantallen ‘echte’ overwinteraars in de loop van januari ons land al weer richting Denemarken. Enkele tientallen tot een honderdtal vogels kunnen tot in begin maart worden aangetroffen in Nederland. Hevige sneeuwval in Denemarken kan echter weer voor toenemende aantallen zorgen in de periode januari-maart.

Pootringen en halsbanden

Eind jaren tachtig warden door de Deense onderzoeksinstelling NERI (National Environmental Research Institute) in de omgeving van Vest Stadil Fjord (Jutland, Denemarken) Kleine Rietganzen gevangen en voorzien van donkerblauwe en rode pootringen met een individueel herkenbare code. Ook enkele in Nederland gevangen Kleine Rietganzen zijn met deze blauwe pootringen gemerkt. Dit had tot doel de bewegingen van Kleine Rietganzen over het overwinteringsgebied te volgen en om de jaarlijkse overlevingskansen te schatten. De pootringen waren echter moeilijk af te lezen in het veld (o.a. vanwege het nog hoge gras in de herfstmaanden). Daarom werd besloten om de Kleine Rietganzen vanaf 1992 te voorzien van halsbanden. Deze halsbanden waren donkerblauw met daarop een witte individueel herkenbare code bestaande uit een letter en twee cijfers (deze laatste dwars geplaatst). Later werden coderingen gebruikt met een letter en dwars geplaatst een cijfer en letter combinatie. Omdat deze laatste codering niet echt beviel is men vanaf 2005 overgestapt op witte halsbanden met een letter en dwars geplaatst twee cijfers. Vrijwel alle halsbanden zijn aangelegd in Denemarken, met name bij het Vest Stadil Fjord. Eén vangst heeft plaats gevonden in Vejlerne (noord van de Limfjord). In 2007 en 2008 zijn tijdens expedities naar de broedgebieden van de Kleine Rietgans op Spitsbergen op verschillende plekken groepen ruiende Kleine Rietganzen gevangen, met name bestaande uit families. De adulte vogels kregen een halsband. Daar de kuikens nog te klein waren voor een halsband kregen deze een witte pootring met een individuele code (twee cijfers, twee letters of een combinatie daarvan, dwars op de ring geplaatst).
Tijdens twee vangacties te Vest Stadil Fjord kregen Kleine Rietganzen buiten de blauwe halsband ook een groene pootring met een individuele witte code toegevoegd (twee cijfers, twee letters of een combinatie hiervan). Door naast halsbanden ook pootringen te gebruiken kan geschat worden hoe vaak Kleine Rietganzen een halsband verliezen.
Zo heeft b.v. de Kleine Rietgans met een blauwe halsband B1C en groen pootring met daarop CF zijn halsband verloren en is nu alleen nog aan zijn pootring te herkennen

Invoeren van de codes

Bij de halsbanden worden de waarnemingen net zo ingevoerd als bij de kolgans, dus zonder spatie met als eerste de losstaande letter en daarna de twee tekens die bij elkaar staan op de halsband, terwijl de kleur van de halsband zelf apart wordt opgegeven.
Bij de pootringen wordt de kleur verwerkt inde code en wordt dezelfde notatie gebruikt als bij rotganzen met één pootring met daarop twee tekens: B.v. een groene pootring met daarop CF,  wordt weergegeven als GC F, en een blauwe pootring met daarop BA wordt BB A, dus de kleur (B) als eerste en dan de inscriptie gescheiden door een spatie op de derde positie. Bij het type kleurring wordt dan gekleurde pootringen opgegeven. Als een vogel zowel een halsband als een pootring  draagt, volstaat het met alleen de halsband op te geven, de inscriptie op de pootring kan in een dergelijk geval in de rubriek opmerkingen worden toegevoegd.

Noot: Bij de blauwe halsbanden staat de dwarse geplaatste inscriptie afleesbaar van boven naar onder, dus net als bij de kolganzen, steeds af te lezen van de kop van de gans naar het lichaam toe. Echter bij de witte halsbanden is het (helaas) andersom, behalve weer bij de halsbanden beginnend met letter I.

Uitzonderingen: In noord Noorwegen werden tijdens een vangst van Rietganzen ook twee Kleine Rietganzen gevangen. Deze werden voorzien van een zwarte halsband.
In Nederland (1), Duitsland (1) en Zweden (2) zijn tijdens vangsten van Rietganzen vier Kleine Rietganzen voorzien van gele halsbanden.

Hoewel het een zeldzaam verschijnsel is kan het zijn dat Kleine Rietganzen worden gezien met andere kleuren pootringen en halsbanden. Deze zullen dan zeer waarschijnlijk afkomstig zijn van de IJslandse-Groenlandse populatie die in Groot-Brittannië overwintert. Deze kunnen gemeld worden via colourmarkedwildfowl@wwt.org.uk